Uit onderzoek van Stichting Armoedefonds onder 362 lokale hulporganisaties die de armoede in Nederland bestrijden blijkt dat meer mensen financiële zorgen ervaren, maar minder vaak om hulp vragen. Zestien procent van de armoedebestrijders ziet een daling in de vraag naar hulp. Dat komt onder andere door de coronacrisis, die ervoor zorgt dat de signaleringsfunctie bij veel armoedebestrijdingsorganisaties hapert.
Huisbezoeken
Door de crisis vinden er amper huisbezoeken plaats. Juist die huisbezoeken geven een goede kijk op de financiële situatie van de personen in kwestie. Die inzichten zijn met telefonisch of digitaal contact minder goed te verkrijgen. Ook wordt er bij veel overheidsinstanties vanuit huis gewerkt, waardoor er minder hulpbehoevenden worden doorverwezen naar lokale armoedebestrijders.
Het Armoedefonds adviseert daarom om huisbezoeken zoveel als mogelijk doorgang te laten vinden binnen de geldende richtlijnen, zodat problemen op tijd worden opgepakt.
Moeite met rekeningen betalen
Het aantal hulpvragen daalt ook flink, met gemiddeld 26 procent. De Nederlandse Schuldhulproute (NSR) constateerde deze zomer dat ruim twintig procent van de huishoudens moeite had om de rekeningen te betalen. In sommige steden liep dat soms op naar één op de drie. Dat betekent dat hulporganisaties blijkbaar niet altijd de hulp bieden die noodzakelijk is. Bij 46 procent van de lokale hulporganisaties is wel een stijging in hulpvragen van particulieren te zien.
‘Je ziet een trend die zich ook voordoet in de zorgsector: de hoogste nood wordt opgevangen, andere hulpvragen worden uitgesteld,’ legt Irene Verspeek van het Armoedefonds uit. ‘Organisaties die mensen helpen met schulden krijgen sinds de start van de coronacrisis minder hulpvragen dan voor die tijd, terwijl het aantal probleemgevallen toeneemt.’
Meer vrijwilligers
Uit het onderzoek komen echter ook enkele positieve resultaten. Doordat het thema armoede actueel is, ziet een deel van de organisaties een influx aan vrijwilligers en zijn donateurs gemiddeld vrijgeviger.
Onderzoek
Voor het onderzoek zijn gedurende november enquêtes verstuurd naar 1056 lokale hulporganisaties die de armoede in Nederland bestrijden. Het Armoedefonds kreeg 362 ingevulde enquêtes terug (34,2 procent). Deze organisaties zijn verschillend in grootte en bieden allerlei soorten hulp door het hele land.
